Hoe zit het met de obstakelverlichting?
Vijf vragen aan Andre van der Ploeg, site manager Prinses Ariane windpark, onderdeel van Windpark Wieringermeer.
Andre, jullie praten al heel lang over het doven van de rode lampen. Hoe lang gaat het nog duren voor het zover is?
“Dat is direct een lastige vraag. We zijn er namelijk al een flinke tijd mee bezig en het blijkt een lastiger dan we hadden verwacht. Zoals het er nu naar uitziet wordt het ergens deze zomer.”
Wat maakt het uitzetten van lichten zo lastig?
“Het probleem is niet het doven van de lampen, maar vooral om ervoor te zorgen dat ze automatisch aangaan als er een vliegtuig nadert. Daarvoor is ten eerste een systeem nodig dat de vliegtuigen waarneemt. Dat systeem moet vervolgens een signaal geven aan het besturingssysteem van de turbines en de verlichting. Tenslotte moet ingeregeld worden dat de lampen infrarood licht uitzenden als het zichtbare licht gedoofd is. Voor ieder deel van dit project is een andere partij nodig. Dat betekent dus dat we aparte contracten moeten onderhandelen en rekening moeten houden met de verschillende planningen. En zoals bijna overal zijn ook in deze branche de specialisten niet zomaar beschikbaar. Al met al kost dat meer tijd dan we hadden gedacht.”
Andere parken hebben de lampen al wel gedoofd. Waarom kan het daar wel?
“Op dit moment hebben vier windparken de lampen al gedoofd. Twee daarvan liggen in Zeeland, Windpark Krammer, waar het systeem werd uitgetest, en de Zeeuwse windparken Oosterscheldekering die er ook al vanaf het begin bij betrokken waren. De andere twee windparken liggen in de Flevopolder: Windplanblauw en windplan Groen. Beide parken zijn zo nieuw dat bij de bouw al bekend was waaraan moest worden voldaan. Ze konden dus meteen gericht actie ondernemen. Toen de turbines in de Wieringermeer werden gebouwd was het doven van de lampen nog niet mogelijk. Vandaar dat daar ook geen rekening mee kon worden gehouden. In de praktijk betekent dit dat nu alle bestaande lampen moeten worden vervangen door lichten die geschikt zijn voor dit systeem, er moet worden uitgedokterd hoe we de systemen het best kunnen installeren en er moet veel op maat worden gemaakt.”
Hoe ver zijn jullie en wat moet er dan nog gebeuren?
“Volgende maand beginnen we met verschillende onderdelen tegelijkertijd. Zo wordt de apparatuur geïnstalleerd die naderende vliegtuigen moet detecteren en wordt in alle 82 turbines een software update uitgevoerd. Is de installatie eenmaal afgerond dan moet het systeem door de inspectie Leefomgeving en Transport worden getest voor we het officieel in gebruik mogen nemen.”
Wat is de kans dat het verder uitloopt?
“We hebben goede hoop dat de planning gehaald wordt, maar je weet het natuurlijk nooit helemaal zeker. Dat de mensen in de omgeving de lampen liefst zo snel mogelijk zien uitgaan snappen we heel goed. Daar werken we dan ook hard aan. “
